Spreuken 31 - Week 4

Heb je ook zo'n moeite met vroeg opstaan? Ik vaak wel en deze week heb ik dat nog eens goed ervaren. Mijn man moest er deze week extra vroeg uit voor zijn werk. Al sinds de dag dat we getrouwd zijn, probeer ik met hem op te staan zodat we de dag samen kunnen beginnen. Mensen verklaren me wel eens voor gek dat ik ook op mijn vrije dagen zo vroeg mijn bed uitkom. Maar ik merk dat de dag veel soepeler loopt als ik met mijn man opsta. Ik vind het fijn om aan het begin van de dag samen tijd door te brengen, het brengt een stukje eenheid in ons huwelijk en ik toon mijn man welke plaats hij in mijn leven inneemt.
Deze week las ik in Spreuken 31 vers 15: 'Zij staat op als het nog nacht is en geeft haar huis spijze, ...' Het is dus heel Bijbels om vroeg op te staan en het ontbijt klaar te maken voor het gezin.

Vroeg opstaan heeft ook als voordeel dat ik 's ochtends stille tijd kan houden. Dat deden Jezus en koning David uit de Bijbel ook al!
Even rustig de tijd nemen om God de eerste plaats in mijn leven te geven en alle dingen van die dag aan de Heer op te dragen. Ik vind het heerlijk om 's ochtends uit de Bijbel te lezen en daarover na te denken en te bidden. Als ik 's ochtends een tekst heb gelezen, dan komt die door de dag heen nogal eens naar boven drijven en zo pik ik er steeds nieuwe dingen uit op.

Zo heb ik uit Spreuken 31 vers 16 geleerd dat het verstandig is om beslissingen en aankopen eerst goed te overwegen en dan pas daarnaar te handelen. Overwegen houdt voor mij in dat ik het aan God voorleg, met mijn man bespreek en eventueel met andere (wijze) mensen uit mijn omgeving.
Ik ben blij en dankbaar dat God mensen in ons leven heeft geplaatst die wijze raad kunnen geven en ik hoop zo te groeien, dat ik zelf ooit in de positie kom om wijze raad te verschaffen aan anderen. Die groei kan ik niet zelf bewerkstelligen, alleen door volledige overgave aan God. Hij heeft alles in Zijn hand en ik vertrouw erop dat Hij alles zal laten medewerken ten goede voor hen die God liefhebben. (Romeinen 8 vers 28)