Multitasken in de keuken

Met oud en nieuw komen er hier in huis vaak veel hapjes op tafel.

De meeste van deze hapjes worden zelf gemaakt.

Vandaag heb ik de volgende dingen gemaakt:

- cranberrie-appelflappen

- mini-donuts

- appelbeignets

- bananenbeignets

- cranberrie-notenmuffins

- notenmuffins

- rozijnen-notenmuffins

Maar zoveel hapjes... 

dat vraagt om een beetje organisatie.

Daarom wil ik graag wat tips en trucs met jullie delen.

Tip 1:

Verdeel de keuken in stukken en houd de spullen gescheiden.

Op bovenstaande foto is het linker gedeelte gereserveerd voor de muffins.

Het rechter gedeelte heb ik gebruikt voor de cranberrie-appelflappen.

De spullen die ik daarvoor nodig heb, zet ik daar neer.

Zo houd ik mooi de spullen bij elkaar.

En is er iets af? Zet het vast op de plek waar je het wilt hebben.

Dan wordt de keuken niet te vol.

Tip 2:

Bak alles wat in de oven moet achter elkaar.

Begin met hetgeen wat de laagste temperatuur nodig heeft.

Bij mij moest vandaag alles op dezelfde temperatuur, 

dus hoefde ik daar geen rekening mee te houden.

De cranberrie-appelflappen waren eerder voorbereid dan de muffins.

Toch heb ik gewacht met afbakken, zodat ik de oven efficiënt kon gebruiken.

Tip 3:

Ruim tussentijds op.

Heb je even je handen vrij? Ruim dan de spullen op die je niet meer 

nodig hebt. Zo houd je de keuken netjes en kun je beter werken.

Op bovenstaande foto zie je naast de gootsteen wat spulletjes staan

die ik tussentijds heb afgewassen. Zo stapelt het zich niet op.

Tip 4:

Bedenk van tevoren een plan.

Zo weet je in welke volgorde je te werk wilt gaan.

Ik begon met appels schillen voor de cranberrie-appelflappen.

Die mengde ik met de cranberries en wat kaneel en suiker.

Toen moest ik wachten tot het bladerdeeg was ontdooit.

Daarom ben ik vast de eerste lading muffins gaan klaarmaken.

Ondertussen warmde ik vast de oven op, zodat ze er gelijk in konden.

Terwijl de muffins in de oven stonden, heb ik de cranberrie-appelflappen afgemaakt. Zo konden ze na de muffins de oven in.

Na de cranberrie-appelflappen kon de tweede lading muffins de oven in,

want die had ik ondertussen vast voorbereid.

Daarna heeft de oven eventjes 5 minuutjes leeggestaan, 

zodat ik de laatste lading muffins over de vormpjes kon verdelen.

Ergens tussendoor heb ik de donutmix gemaakt en donuts gebakken.

Deze hoefden niet zo lang te bakken en hadden maar weinig aandacht nodig, 

dus kon ik dit mooi tussen de bedrijven door doen.

Toen de laatste lading muffins de oven in waren gegaan,

ben ik aan de slag gegaan met de appel- en bananenbeignets.

Deze heb ik achter elkaar in een pan met olie gebakken.

Onderwijl heb ik de laatste lading muffins uit de oven gehaald,

de donuts afgebakken en de borden en schalen mooi uitgestald.

Tip 5:

Houd het leuk voor jezelf!

Ga alleen in de keuken staan als je er zelf ook schik in hebt.

Moet je er niet aan denken om een paar uur te staan bakken?

Dan moet je het zeker niet doen.

Er zijn genoeg alternatieven, dus waarom zou je het jezelf moeilijk maken?

En ben je het na een tijdje zat? Stop er dan mee.

Natuurlijk kan het ook dat je er ontzettend van geniet.

Zet een leuk muziekje op en snoep wat tussendoor. 

(Je moet toch voorproeven voor je het aan anderen voorzet?)

Het is even werk, maar dan heb je ook wat.

Wat mij betreft is het dubbel en dwars de moeite waard.

Chanoe-koekjes

Je hebt nodig:
- 2 cup bloem
- ½ cup rietsuiker
- 1½ tl. bakpoeder
- 2 eieren
- 1 tl. vanille-essence
- ½ cup olie

Stap 1:
Verwarm de oven voor op 200 graden.
Vet een bakplaat in of bedek hem met bakpapier.

Stap 2:
Doe de bloem, suiker, bakpoeder, eieren, 
vanille-essence en olie in een kom.
Kneed dit tot een mooi zacht deeg.

Stap 3:
Bestuif je werkvlak licht met bloem.
Rol het deeg hierop uit tot gewenste dikte.
Houd er rekening mee dat het in de oven nog iets rijst.

Stap 4:
Steek vormpjes uit het deeg.
Leg de uitgestoken vormpjes op de bakplaat.

Stap 5:
Het overige deeg kneed je weer tot een bal.
Die rol je nogmaals uit op je werkvlak.
Je kunt dan opnieuw vormpjes uitsteken.
Herhaal dit tot al het deeg op is gebruikt.

Stap 6:
Bak de koekjes ongeveer 10-12 minuten in de oven.
De koekjes zijn klaar als ze mooi goudbruin gekleurd zijn.

Tip!
Om het helemaal af te maken, 
kun je de koekjes versieren met glazuur.

Het oorspronkelijke recept komt uit het Engelstalige boekje 

'Chanukah Treats for Kids'.

Dit recept heb ik zelf enigszins aangepast.

Hazelnoot-rotsjes

Lekkere variant van pindarotsjes.

Je hebt nodig:
- 100 gram chocola
- 100 gram hazelnoten

Stap 1:
Breng een laagje water in een pan aan de kook. Neem een kommetje wat daarin past. Breek de chocola in het kommetje en plaats het in de pan. Roer regelmatig in de chocola totdat het gesmolten is. Haal dan het kommetje uit de pan. Let op dat je je vingers niet brandt. Doe de hazelnoten in het kommetje erbij. Roer het geheel goed door elkaar, zodat de hazelnoten helemaal met chocola bedekt zijn. 


Stap 2:
Zet het kommetje ongeveer een kwartier in de koelkast. De chocola begint dan een klein beetje te stollen. Schep met een lepel mooie rotsjes op een bord. Zet het bord daarna minimaal een uur in de vriezer. Daarna kun je de rotsjes voorzichtig losmaken van het bord.

Latkes

Tijdens Chanoeka is het gebruikelijk om latkes te eten.

Dit zijn aardappelpannenkoekjes in olie gebakken.

Je hebt nodig:
- 6 grote aardappels
- 1 grote ui
- 3 à 4 eieren
- 1 klein kopje bloem
- kruiden naar smaak
- olijfolie

Stap 1:
Schil en rasp de aardappels.
Dep ze met keukenpapier zo droog mogelijk.
Ontdoe de ui van zijn jas en snijd hem in kleine stukjes.

Stap 2:
Kluts de eieren in een kom.
Voeg vervolgens de aardappel, ui en bloem en kruiden toe.
Roer het met een houten lepel door elkaar.

Stap 3:
Verhit in een koekenpan een laagje olie.
Als de olie goed heet is, schep je een eetlepel mengsel erin.
Met de bolle kant van de lepel druk je het een beetje plat.

Stap 4:
Bak het mengsel tot het mooi goudbruin gekleurd is.
Draai het dan om, zodat ook de andere kant gebakken kan worden.

Tips:
- De latkes die klaar zijn, kun je eventjes in de oven bewaren.
  Zo blijven de latkes lekker warm tot ze allemaal klaar zijn.
  Stel de oven in op 90-100 graden.
- Ieder huishouden heeft zijn eigen specifieke recept.
  Dus als je ze niet lekker vindt, probeer dan kleine veranderingen,
  tot ze aan je smaak voldoen.

Op deze website vind je meer informatie over latkes.

Muffins

Voor 12 stuks.

Je hebt nodig:

- 275 gr. zelfrijzend bakmeel

- 1 tl. wijnsteenzuurbakpoeder

- 100 gr. rietsuiker

- 15 dr. Stevia

- 2 eieren

- 240 ml. melk

- 1/2 tl. zout

- 100 gr. gesmolten roomboter

Stap 1:

Doe alle ingrediënten bij elkaar in een kom.

Roer ze door elkaar met een houten lepel.

Je kunt beter niet te lang roeren, 

want dan kunnen de muffins taai worden.

Het is niet erg als er nog klontjes in het beslag zitten.

Stap 2:

Verdeel het beslag in een muffinvorm.

Je kunt ook losse papieren vormpjes gebruiken.

Alleen blijven ze dan niet zo mooi in vorm.

Stap 3:

Bak de muffins 20-25 minuten op 200 graden.

De muffins zijn klaar als ze mooi gekleurd zijn.

Variatietips:

- Voeg ook eens rozijnen, noten of cranberries toe aan het beslag.
- Door een extra ei en wat vanillesuiker toe te voegen,
  krijg je meer cake-achtige muffins.

Cranberrysap

Cranberrysap is ontzettend gezond, 

door de grote hoeveelheid vitamine C en E 

en de aanwezige anti-oxidanten.

Vooral bij een blaasontsteking, 

kan cranberrysap positief effect hebben.

Hoe maak je cranberrysap?

Weeg de cranberries en doe ze in een pan.
Voor 500 gr cranberries, voeg je 500 ml water toe. 
Pas de hoeveelheden aan aan de hoeveelheid cranberries die je hebt.
Kook de cranberries ongeveer een kwartier.
Neem vervolgens een staafmixer en maal het tot moes.
Zorg ervoor dat je een schort om hebt, want het spettert behoorlijk.

Als je cranberrysaus wilt maken, is het nu klaar voor gebruik.
Mocht je het als sap willen drinken, lees dan verder. 

Giet het sap door een vergiet over in een andere pan.
Zo zeef je alle velletjes eruit.
Voeg vervolgens nog een liter water toe.
Breng het geheel nogmaals aan de kook.
Je kunt het sap nu in flessen gieten voor gebruik.

Let op!
Cranberrysap heeft van zichzelf een vrij bittere smaak.
Dat verwacht je niet als je het sap zo ziet.
Persoonlijk vind ik het sap niet echt lekker.
Dus ben ik gaan experimenteren hoe het voor mij drinkbaar is.
In thee of nog verder aangelengd met water vind ik niks.
Maar half-om-half met appelsap is het erg lekker.
Ook een scheutje cranberrysap in de melk is goed te drinken.
Je kunt het sap ook inmaken met bijvoorbeeld een weck-ketel, 
dan blijft het sap (bijna) onbeperkt houdbaar.

Spruitjes

Voor 2 à 3 personen.

Je hebt nodig:
- 500 gram spruitjes
- 2 à 3 paprika's
- 250 gram champignons
- 1 bekertje crème fraîche
- 250 gram kalkoenfilet

Stap 1:
Maak de spruitjes schoon, 
snijd het kontje eraf en verwijder eventuele vieze laagjes.
Kook de spruitjes tot ze beetgaar zijn.

Stap 2:
Snijd de kalkoenfilet in reepjes of stukjes.
Zorg ervoor dat er geen pees of stukjes met bloed meer aan zitten.
Kruid het naar smaak. Laat dit eventjes intrekken.
Verhit een scheut olijfolie in een hapjespan.
Als de olie heet is, voeg je de kalkoenfilet toe.

Stap 3:
Was de paprika's en snijd ze in kleine stukjes.
Verwijder hierbij de pitjes en het steeltje.
Als de kalkoenfilet gaar is, voeg je de paprikastukjes toe.

Stap 4:
Borstel de champignons schoon en snijd ze in vieren.
Voeg vervolgens ook de champignons aan de hapjespan toe.
Roerbak het geheel en voeg dan de spruitjes toe.

Stap 5:
Tot slot voeg je het bekertje crème fraîche toe.
Roer het goed door elkaar en warm het geheel goed op.
Dit gerecht kun je eten met aardappels of rijst.

Wortels inmaken

Je hebt nodig:
- wortels (soort maakt niet uit)
- water
- voldoende schone potjes (liefst voorgekookt)

Stap 1:
Schrap de wortels schoon.
Snijd de wortels in schijven of stukjes.
Doe ze in een pan met ruim water.
Breng het geheel aan de kook.
Laat het 5 minuten koken.

Stap 2:
Schep de stukjes wortel in de schone potjes.
Zorg er hierbij voor dat de randen van de potjes schoon blijven.
Dit is belangrijk, omdat de potjes anders niet goed sluiten 
of vanzelf kunnen opengaan.

Stap 3:
Vul de potjes nu tot de rand op met kokend water.
Let er hierbij op dat het water niet over de randen knoeit.
Doe direct de deksels op de potjes.

Stap 4:
Zet de potjes in de (nu nog lege) ketel.
Als je veel potjes hebt, kun je meerdere lagen maken.
Vul de ketel met lauw water, tot vlak onder de rand van het bovenste potje.

Stap 5:
Stel de temperatuur in op 100 graden.
Als de gewenste temperatuur is bereikt,
moeten de potjes nog 90 minuten in de ketel blijven.
Haal daarna de potjes uit het water.
Doe dit met een tang, zodat je je handen niet brandt.

Stap 6:
Potjes met een schroefdeksel zet je op kop om af te koelen.
De deksels trekken vacuüm. Je hoort dan een klikkend geluid.
Weckpotjes kunnen gewoon rechtop afkoelen.
Als de potjes zijn afgekoeld, kun je de klemmen verwijderen.
De deksels blijven dan vanzelf dicht zitten.

Stap 7:
Plak een etiket op de potjes.
Op het etiket schrijf je wat er in het potje zit
en wanneer je het hebt ingemaakt.
Voor deze winterwortels heb ik zelf een etiket gemaakt.
De afbeelding heb ik van deze website gehaald.

Tip!
Bewaar de potjes op een koele, donkere plaats.
De potjes zijn nu (bijna) onbeperkt houdbaar.

Bloemkool ovenschotel

Je hebt nodig:

- aardappels

- bloemkool

- gehakt

- kruiden

- 1 ei

- kaas

- boter

- olijfolie

Stap 1:

Verwarm de oven voor op 180 graden.

Vet een ovenschaal in met de boter.

Stap 2:

Schil de aardappels. Was ze schoon en snijd ze in plakken.

Kook/stoom ze daarna beetgaar. Laat ze daarna uitlekken.

Stap 3:

Doe het gehakt, het ei en de kruiden bij elkaar in een kom.

Kneed dit door elkaar en vorm kleine balletjes.

Neem vervolgens een koekenpan met een flinke scheut olijfolie.

Doe de gehaktballetjes erbij. Schep dit geregeld om tot ze gaar zijn.

Giet daarna het vet er vanaf.

Stap 4:

Snijd de bloemkool in roosjes en spoel ze schoon.

Kook/stoom de roosjes beetgaar. Laat het daarna goed uitlekken.

Stap 5:

Neem de ingevette ovenschaal en begin met een laag aardappelschijfjes.

Verdeel de gehaktballetjes gelijkmatig over de aardappelschijfjes.

Vervolgens verdeel je de bloemkool over de gehaktballetjes.

Tot slot bedek je het geheel met kaas.

Stap 6:

Zet de schaal gedurende ongeveer 20 minuten in de oven.

Als de kaas goed gesmolten is en het geheel goed heet is, is het klaar.

Hartige wentelteefjes

Je hebt nodig:
- 2 sneetjes brood
- 2 eieren
- een scheutje melk
- geraspte kaas
- zout en peper
- klontje roomboter

Stap 1:
Neem een diep bord.
Breek hierin de eieren en doe het scheutje melk erbij.
Voeg de geraspte kaas en de kruiden toe.
Kluts dit met een garde door elkaar.

Stap 2:
Leg de sneetjes brood in het ei-mengsel.
Laat het brood even in het bord liggen, 
zodat het brood het vocht in zich opneemt.

Stap 3:
Neem een koekenpan en laat het klontje boter hierin smelten.
Als de pan goed heet is, leg je de boterhammen in de pan.
Mocht er nog wat ei-mengsel overblijven in het bord,
kun je dit over het brood in de pan gieten.

Stap 4:
Bak het brood aan beide kanten mooi bruin.
Zet het vuur niet te hoog, want dan brand het aan.
Om het ei goed gaar te laten worden, doe je het deksel op de pan.
Het duurt ongeveer 10 minuten om het mooi gaar te laten worden.

Ciabatta met kaas en tomaat

Je hebt nodig:
- 1 ciabatta
- 1 à 2 tomaten
- kaas
- chilisaus
- kruiden

Stap 1:
Verwarm de oven voor op 200 graden.
Leg een velletje aluminiumfolie op een rooster.

Stap 2:
Snijd de ciabatta in twee, drie of vier stukken.
Snijd de stukken open.
Was de tomaat en snijd hem in plakjes.

Stap 3:
Beleg de stukken ciabatta met kaas.
Smeer een laagje chilisaus op de kaas.
Leg hier de plakjes tomaat bovenop.
Bedek ieder plakje tomaat met kaas.
Strooi hier kruiden overheen naar smaak.

Stap 4:
Leg de stukken ciabatta op het rooster met aluminiumfolie.
Schuif het rooster in de oven.
Bak de ciabatta-stukken ongeveer 10 minuten in de oven.

Tip:
Dit gerecht is heerlijk als ontbijt of lunch.
Maar ook voor tussendoor is het zeer geschikt.

Preitaart

Voor 2 à 3 personen.

Je hebt nodig:
- 4 plakjes bladerdeeg
- 250 gram rundergehakt
- 250 gram champignons
- 2 stronken prei
- 2 paprika's
- 4 eieren
- scheutje melk
- brie of kaas

Stap 1:
Ontdooi de plakjes bladerdeeg.
Vet een ovenschaal in.
Verwarm de oven voor op 200 graden.

Stap 2:
Snijd de prei in ringen. 
Was de ringen goed, want er zit vaak zand tussen.
Borstel de champignons schoon en snijd ze in plakjes.
Spoel de paprika af onder de kraan.
Snijd hem vervolgens in kleine blokjes.
Hierbij verwijder je de pitjes en het steeltje.

Stap 3:
Rul het gehakt en kruid het naar smaak.
Als het gaar is, voeg je de prei, champignons en paprika toe.
Roerbak dit, tot het flink geslonken is.
Giet daarna het vocht eraf.

Stap 4:
Bekleed de ovenschaal met het bladerdeeg.
Doe het roerbakmengsel in de ovenschaal.

Stap 5:
Breek de eieren in een kom.
Doe hier een scheutje melk bij.
Klop het los en giet het in de ovenschaal erbij.

Stap 6:
Tot slot kun je de preitaart afdekken met een laagje brie of kaas.
Schuif daarna de ovenschaal in de oven.
Na ongeveer 25 minuten is de preitaart klaar.
En dan ... smullen maar!

Tips:
- Deze preitaart kun je natuurlijk ook
  maken met een zelfgemaakte taartbodem.
- Als je een restje groente hebt,
  kun je dat prima in een hartige taart
  of quiche gebruiken.
- In plaats van melk kun je ook
  ongeklopte slagroom of crème fraîche
  gebruiken.
- Voeg ook eens andere kaassoorten toe
  ter variatie.

Ananas inmaken

Als je een blikje ananas uit de supermarkt koopt,

is de ananas met suiker ingemaakt.

Om deze suiker te vermijden, maak ik zelf ananas in.

Hieronder zal ik uitleggen hoe ik dat doe.

Stap 1:
Snijd de ananas in plakken van ongeveer 1 cm dik.
De onder- en bovenkant heb je niet meer nodig.

Stap 2:
Leg een plak ananas plat op een snijplank en verwijder de schil.
Snijd ook het hart van de ananas eruit.
Deze kun je herkennen doordat hij iets donkerder van kleur is
en het voelt harder aan dan de rest.
Je houdt nu alleen het vruchtvlees over.

Stap 3:
Snijd het vruchtvlees in stukjes.
De grootte van de stukjes kun je zelf bepalen.

Stap 4:
Doe alle stukjes bij elkaar in een zeef en spoel ze schoon.
Let er vooral op dat er geen zaadjes meer in/aan zitten.

Je kunt de stukjes nu gebruiken of je kunt ze inmaken.

 

Stap 5:

Nu kan het inmaken echt beginnen!

Zorg voor voldoende potjes, je kunt er beter teveel hebben dan te weinig.

Dit kunnen potjes zijn met een schroefdeksel (de zogenaamde klikklakdeksels)

of Weck-potjes die verkrijgbaar zijn, bijvoorbeeld op deze site.
Zorg ervoor dat de potjes helemaal schoon zijn.
Het beste is het als je ze vooraf uitkookt.

Stap 6:
Vul de potjes met de stukjes ananas.
Hoeveel je er per potje indoet, kun je zelf bepalen.
Neem hiervoor hoeveelheden die ongeveer in 1 keer op gaan.
Zorg ervoor dat de randen van de potjes schoon blijven.
Dit is belangrijk, omdat de potjes anders niet goed kunnen sluiten
of vanzelf open kunnen gaan.

Stap 7:
Neem kokend water en vul daarmee de potjes op.
Vul ze tot aan de rand, maar zorg dat het niet overstroomd.
Doe direct het deksel erop en eventueel de bijbehorende rubbers en klemmen.

 

Stap 8:

Zet de potjes in de (nu nog lege) ketel.

Heeft u veel potjes, dan kunt u meerdere lagen maken.

Je kunt de potjes opstapelen. Let wel op de stevigheid.

Eventueel kunt u een draadrooster tussen de lagen leggen.

Vul nu de ketel met lauw water,
tot vlak onder de rand van het bovenste potje.

Stap 9:
Stel de temperatuur in op 90 graden.
Houd in de gaten wanneer de gewenste temperatuur is bereikt.
Vanaf dit moment moeten de potjes nog 30 minuten in de ketel blijven.

Stap 10:
Als de tijd voorbij is, haal je potjes uit het water.
Gebruik hiervoor een tang, zodat je je handen niet brandt.
Als je potjes gebruikt met een schroefdeksel, zet je deze op de kop.
Weck-potjes kun je gewoon rechtop laten afkoelen.

Stap 11:
Als het goed is, trekken de schroefdeksels tijdens het afkoelen vacuüm.
Wanneer dit gebeurt, kun je een klikkend geluid horen.
Bij de Weck-potjes kun je de klemmen verwijderen als de potten helemaal
zijn afgekoeld. Wanneer het goed is gegaan, blijven de deksels dichtzitten.

 

Stap 13:

Plak een etiket op de afgekoelde potjes.

Op dit etiket schrijf je wat er in zit en wanneer je het hebt ingemaakt.

De potjes kun je nu (bijna) onbeperkt bewaren.

Let op!

Ananas inmaken doe ik alleen als de ananas in de aanbieding is.

Op die manier is een potje ingemaakte ananas goedkoper
dan een blikje ananas uit de supermarkt.
Ik koop dan meestal meerdere ananassen en maak deze tegelijkertijd in.
Zo heb ik altijd een paar potjes staan, want de potjes blijven lang houdbaar.
Ik gebruik voor het inmaken een Weck-ketel waarvan ik de temperatuur
kan instellen. De stappen die ik beschrijf, zijn voor deze ketel bedoeld.
Mocht u een ander apparaat gebruiken, lees dan de gebruiksaanwijzing.

Variatie broccoli/spinazietaart

Met ingrediënten kun je eindeloos combineren.
Ik heb ontdekt dat ik bijna wekelijks dezelfde groenten koop.
Maar om nu elke week hetzelfde te eten ... daar heb ik geen trek in.
Daarom probeer ik steeds opnieuw te variëren met wat ik in huis heb.
Hieronder vindt je een variatie op mijn broccoli- en spinazietaart.

Voor 2 à 3 personen.

Je hebt nodig:
- 4 plakjes bladerdeeg
- 1 kleine broccoli
- 3 tomaten
- 200 ml. crème fraîche of ongeklopte slagroom
- 4 eieren
- brie
- kruiden
- roomboter

Stap 1:
Ontdooi de plakjes bladerdeeg.
Verwarm de oven voor op 200 graden.
Vet een ovenschaal in met roomboter.

Stap 2:
Snijd de broccoli in kleine roosjes en kook ze beetgaar. (± 2 à 3 minuten)
Laat het daarna goed uitlekken in een vergiet.
Was de tomaten en snijd ze in kleine stukjes. 
Doe de stukjes in het vergiet erbij, zodat het vocht kan uitlekken.

Stap 3:
Doe de crème fraîche of slagroom in een kom, samen met de eieren.
Voeg hieraan kruiden toe naar smaak.
Klop dit met een garde door elkaar.
Als de broccoli en tomaten goed zijn uitgelekt, 
voeg je ze ook en roer je het geheel door.

Stap 4:
Bekleed de ovenschaal met het bladerdeeg.
Giet hierin de inhoud van de kom.
Snijd de brie in plakjes en leg ze voorzichtig er bovenop.

Stap 5:
Zet de ovenschaal ongeveer 20-25 minuten in de oven.
Het is klaar als het bladerdeeg mooi bruin gekleurd is
en het mengsel goed gestold is.

Tip:
Kook de broccoli vast eerder op de dag, 
zodat het echt de tijd heeft om uit te lekken.
Bij mij is de taart vrij vochtig gebleven, 
omdat ik niet zoveel tijd had.
Evenwel smaakte de taart prima.